Beschrijving:
De Hemelboom is een middelgrote boom met een losse, onregelmatige kroon van opwaarts gerichte takken. De bladeren zijn geveerd, groot (tot 60 cm lang), en staan voornamelijk aan het uiteinde van de takken. Het bloemgestel is een pluim. De vruchten zijn gevleugeld, wat de verspreiding via wind en water ten goede komt. Bekijk ook de herkenningsfiche op waarnemingen.be.
Beheer:
Zaailingen dienen met wortel te worden verwijderd. Grotere planten kunnen omgezaagd worden, of kunnen worden geringd. Bij ringen dient opgevolgd te worden of er onder de ring nieuwe uitlopers gevormd worden die eventueel dienen verwijderd te worden.
Habitat:
Hemelboom groeit vooral op goed gedraineerde bodems. In sommige duinbossen is de soort abundant aanwezig in de ondergroei. In het binnenland wordt hemelboom vooral gevonden op stenige substraten, zoals spoorwegbermen, braakliggende terreinen, muren enz. De soort is warmte- en lichtminnend en verdraagt goed droogte, vervuiling en verstoorde omstandigheden. In Vlaanderen komt hij hoofdzakelijk voor als pioniersboom in steden waar hij in staat is zich te vestigen in openingen van verhardingen, middenbermen, kaaimuren, enz. De boom is eveneens in staat verschillende bostypes te invaderen. In Midden-Europa is deze soort een belangrijke invasieve probleemsoort in de alluviale bossen langs de grote rivieren (bv. Donau).