Het areaal van ruige veldbies omvat een groot deel van Europa, maar ze komt weinig of niet voor in het Middellandse-Zeegebied. Oostwaarts reikt het areaal tot de Kaukasus en tot in West-Siberië. Ruige veldbies komt verspreid over België voor, met de hoogste dichtheden in het Brabants district, het Maasdistrict en Lotharingen.
Op Vlaamse schaal is het een vrij algemene soort. De populaties van ruige veldbies zijn in het algemeen vrij stabiel. Waar oud bos wordt aangetast en verdwijnt, verdwijnt de soort echter. In Vlaanderen ligt het zwaartepunt van de verspreiding vooral in de bossen van de Leemstreek. Maar ook op wat lemigzandigere bodems in de Kempen (zoals in de omgeving van Antwerpen) en in de zandstreek in de Vlaamse veldzone (Oosten West-Vlaanderen) houdt ruige veldbies vrij goed stand.
Ruige veldbies is een eerder schaduwminnende soort van voornamelijk loofbos. Vooral langs donkere bosranden en bospaden of op boswallen kan men ze aantreffen, dikwijls slechts in kleine aantallen. Op kapvlakten die wat te veel in de zon komen te liggen, kwijnt ze enigszins. Ze staat meestal op matig zure, vochthoudende tot matig natte standplaatsen, dikwijls op wat ruwere humus maar ook geregeld op vrijwel naakte bodem. Op lemige of zandlemige gronden groeit deze veldbies het best. Het is een soort die vaak aan oud bos is gebonden. Maar ook langs oude, schaduwrijke houtkanten en hagen kan men de soort soms tegenkomen op voorwaarde dat de standplaats niet uitdroogt in volle zomer. Dat ze kan overleven in dergelijke houtkanten en heggen verklaart meteen waarom ze ook wel eens in nieuw bos met dat soort kleine landschapselementen wordt waargenomen. De soort vormt een zaadbank, maar heeft een vrij beperkte kolonisatiecapaciteit.
Ga op zoek naar één of meerdere bomen die voldoen aan jouw criteria.
Wat weet jij over natuur, natuurbeheer en -beleid? Een overzicht van onze populairste testen.