Kattendoorn

Ononis spinosa

Beschrijving: 

Kattendoorn heeft de typische bloem van een vlinderbloemige. Deze bestaat uit een vlag, twee kielen en een zwaard. De bloemen zijn roze van kleur en de plant heeft zoals zijn naam al doet vermoeden doorns.  Deze doorns staan meestal met twee bijeen.

De bladeren onderaan de plant zijn drietallig, maar hoger op de plant zijn ze ééntallig. Ze hebben een fijn getande bladrand en vrij grote steunblaadjes die met de bladsteel zijn vergroeid. 

Verwarring mogelijk met:

Er zijn niet veel soorten met een combinatie van doorns, een vrij grote roze vlinderbloem en getande deelblaadjes. De soort die zeer sterk lijkt op Kattedoorn is Kruipend stalkruid. Deze soort ziet er bijna hetzelfde uit maar heeft weinig of geen doorns en kruipt over de grond. Kattedoorn richt zich meestal op.

Beheer: 

Het beheer voor Kattendoorn bestaat uit een goed graslandbeheer. Waarbij het belangrijk is dat het grasland niet wordt bemest en de vegetatie wordt kort gezet door maaien of begrazing. Zoals altijd bij goed graslandbeheer is het afvoeren van het maaisel nodig. Begrazing is voordelig voor deze plant vermits zijn doorns hem beschermen tegen begrazing. Bij een eerste vroege maaibeurt is het belangrijk de tweede maaibeurt laat genoeg te doen zodat de soort in zaad kan komen.

Habitat: 

Kattendoorn groeit in vochtige tot droge, voedselarme graslanden op kalkrijke bodem. In Vlaanderen groeit de soort vooral op kalkrijke polderdijken en op dijken van kanalen en rivieren. In Zuid-Limburg groeit ze in wegbermen op kalkrijke leemgronden en in kalkhoudende, schrale graslanden. Door zijn doorns wordt hij gemeden door grazers. Hij staat dus graag in begraasde graslanden, maar je kan hem ook vinden in hooilanden.

Het is en soort die je gebruikt voor de opvolging van de natuurstreefbeelden soortenrijk kalkrijk kamgrasland en soortenrijke glanshaverhooilanden.