Bouwen aan groenexpertise

Kruipend stalkruid

Ononis repens

is een waardplant voor

Dwergdikkopje

is een waardplant voor

Heideblauwtje

is een waardplant voor

Icarusblauwtje

is een indicator van een goede toestand voor

Natura 2000: Droge kalkgraslanden en struweel op kalkbodem (6210)

is een indicator van een goede toestand voor

Natuurstreefbeeld: Droge kalkgraslanden en struweel op kalkbodem (6210)

Hoogte plant

Minimaal:
10cm
Maximaal
40cm

Licht

Min:
licht
Max:
volle zon

Voedsel

Min:
voedselarm
Max:
voedselarm

Bloeiperiode

Vanaf:
juni
Tot:
september

Vocht

Min:
droog
Max:
frisse bodem

Bloemkleur

rood, rose
wit

Bestuiving

bijen, hommels e.a.
Areaal:

Kruipend stalkruid is een West-, Zuid- en Centraal-Europese soort waarvan het areaal zich uitstrekt van Spanje, Noord- Italië en de Balkan tot Zuid-Scandinavië. In België heeft kruipend stalkruid het kenmerkende drieledige verspreidingspatroon van een kalkminnende soort: de soort komt in hoofdzaak voor langs de kust, in het Maasdistrict en in Lotharingen.

Verspreiding in Vlaanderen:

In Vlaanderen is kruipend stalkruid zeldzaam, met uitzondering van de kustduinen, waar de soort zeer algemeen is. Daarnaast komt ze vooral voor in de Leemstreek ten oosten van Brussel en in de Voerstreek. In het begin van de karteerperiode 1939-1971 werd de soort niet onderscheiden van kattendoorn, wat het berekenen van een trend bemoeilijkt.

Legende: vierkant 1939-1971, stip 1972-2004:
Verspreidingskaart
Zaadbank:
geen informatie beschikbaar.
Kiemperiode:
vanaf Herfst tot Voorjaar
Gebruik:
geen nuttig gebruik
Bladseizoen:
zomergroen
Worteldiepte:
100cm
Levensvorm:
hemicryptofyt
houtachtige chamaefyt
Mycorrhizen:
Blaasvormige-'arbuscular' mycorrhizen
Geslachtsverdeling:
tweeslachtig
Jarigheid:
meerjarig
Vruchttype:
doosvrucht
Vruchtkleur:
onopvallend
Verbreidingswijze:
wind
zelf
Verbreidingsstrategie:
zijdelingse vegetatieve voortplanting (scheuten aan de moederplant gehecht voor lange periode, gewoonlijk langer dan 1 groeiseizoen)
Indigeniteit:
inheems
Herkomst:
oorspronkelijk inheems
Levensstrategie volgens Grime:
S/CSR
Grime-competitiewaarde:
1.67
Grime-stresswaarde:
6.67
Grime-ruderaliteitswaarde:
1.67
Ellenberg licht:
lichtplanten
Ellenberg vocht:
indicator van droge tot matig vochtige standplaatsen
Ellenberg pH:
zwakke zuurindicator tot zwakke base-indicator
Ellenberg voedselrijkdom:
zeer stikstofarme bodem / stikstofarme bodem
Maaigevoeligheid:
maaigevoelig
Ecologische amplitude:
smalle amplitude
Gebondenheid aan grondwater:
afreatofyt
Zuurtegraad bodem:
minimum basisch tot maximum basisch

Kruipend stalkruid is een overblijvende plant van kalkrijke mosduinen, duingraslanden en andere kalkrijke graslanden op droge tot vochtige, voedselarme bodems. In de kustduinen is kruipend stalkruid het meest abundant in gefixeerde mosduinen waar nog enige overstuiving met zand mogelijk is. De soort groeit er samen met onder andere geel walstro, zandzegge en het mos duinsterretje. In het binnenland wordt kruipend walstro vooral gevonden op artificiële terreinen, zoals opgespoten industriegronden, wegtaluds en spoorwegterreinen.

Habitatrichtlijn 2:
Nee
Habitatrichtlijn 4:
Nee
Beschermd:
Nee
Sieber codes:
GB1
GB2
OP1
OP2
OPB1
OPB2
# planten per m²:
3
Aanplanten:
In groepen van 3 tot 10
Rode lijst:
niet bedreigd
Zeldzaamheid KFK-klasse:
132-228 kwartierhokken
In samenwerking met:
Auteur atlasteksten:
Wouter Van Landuyt
Referenties
  • Van Landuyt W., Hoste I., Vanhecke L., Van den Bremt P. Vercruysse W. & De Beer D. (red.) 2006. Atlas van de Flora van Vlaanderen en het Brussels gewest. Nationale Plantentuin en het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek i.s.m. Flo.Wer vzw.

Cursussen bij Inverde

Boeken