Framboos

Rubus idaeus

Habitat: 

Framboos is meestal een gemakkelijk herkenbare braamsoort. Net zoals de andere braamsoorten is zij tamelijk vormenrijk en kan ze hybriden vormen met gewone braam en dauwbraam. Die hybriden vormen de ondersectie Subidaei van de Rubus sectie Corylifolii (WEBER 1981). Deze eerder lichtminnende braamsoort groeit bij voorkeur op vochthoudende, maar zeker niet te natte, matig zure tot neutrale bodems met een goed verterende strooisellaag. Men treft ze aan op uiteenlopende bodemtypes, maar toch het meest op wat lichtere, zandige tot lemige bodems. Ze groeit langs bosranden en boswegen, of op open plekken en/of kapvlakten in het bos. Op deze laatste plaatsen komt ze vaak eerder kortstondig voor. De sturende factoren zijn lichtintensiteit en genoeg snel afbrekend organisch materiaal. In voldoende lichtdoorlatend valleibos, al dan niet met populier ingeplant, kunnen stabielere populaties ontstaan. Verder vindt men framboos meer dan eens in spoorwegruigten of in de omgeving van moestuinen, waar ze als klein fruit wordt geteeld.