Bouwen aan groenexpertise

Overblijvende hardbloem

Scleranthus perennis

Hoogte plant

Minimaal:
5cm
Maximaal
20cm

Licht

Min:
licht
Max:
volle zon

Voedsel

Min:
voedselarm
Max:
voedselarm

Bloeiperiode

Vanaf:
mei
Tot:
oktober

Vocht

Min:
droog
Max:
droog

Bloemkleur

groen
wit

Bestuiving

insektenbestuiving
Areaal:

Overblijvende hardbloem is een Midden-Europese soort. Ze komt in grote delen van Europa voor, maar ontbreekt of is uiterst zeldzaam in het hoge Noorden, op de Britse Eilanden, in grote delen van het Iberisch Schiereiland, het zuiden van Griekenland en het oosten van Europees Rusland en Oekraïne. De locaties in Vlaanderen liggen aan de westrand van het areaal. In België is overblijvende hardbloem overal uiterst zeldzaam: het meest komt de soort nog voor in het oosten van Belgisch Lotharingen.

Verspreiding in Vlaanderen:

Overblijvende hardbloem is zeer sterk achteruitgegaan in Vlaanderen. In de negentiende eeuw kwam de soort nog tamelijk verspreid voor in de Kempen, nu blijven daar hoogstens nog drie locaties van over. De vindplaatsen uit de recente karteringsperiode liggen erg verspreid: één in de kalkarme duinen van Adinkerke, één in het natuurreservaat 'De Stropers' te Stekene en één in het natuurreservaat 'De Maten' in Genk.

Legende: vierkant 1939-1971, stip 1972-2004:
Verspreidingskaart
Gebruik:
geen nuttig gebruik
Bladseizoen:
overwinterend groen
Worteldiepte:
20cm
Levensvorm:
hemicryptofyt
Geslachtsverdeling:
tweeslachtig
Vruchttype:
eenzadige dopvrucht of noot
Vruchtkleur:
onopvallend
Verbreidingswijze:
wind
Indigeniteit:
inheems
Herkomst:
oorspronkelijk inheems
Grime-competitiewaarde:
0.00
Grime-stresswaarde:
0.00
Grime-ruderaliteitswaarde:
0.00
Ellenberg licht:
lichtplanten
Ellenberg vocht:
indicator van zeer droge tot droge standplaatsen
Ellenberg pH:
tussen zuurindicator en matige zuurindicator
Ellenberg voedselrijkdom:
zeer stikstofarme bodems
Ecologische amplitude:
smalle amplitude
Gebondenheid aan grondwater:
afreatofyt
Zuurtegraad bodem:
minimum zwak zuur tot maximum zwak zuur

Overblijvende hardbloem is een soort van pioniersvegetaties en open schrale graslanden op droge, voedselarme, zwak zure bodems. Vele van de vroegere standplaatsen betroffen randen van zandige wegen. De meeste recente standplaatsen betreffen grotere aaneengesloten, schrale pioniersvegetaties gedomineerd door buntgras. Overblijvende hardbloem groeit ook vaak in het gezelschap van schapenzuring, klein vogelpootje, zandblauwtje en eenjarige hardbloem.

Habitatrichtlijn 2:
Nee
Habitatrichtlijn 4:
Nee
Beschermd:
Nee
Rode lijst:
met uitsterven bedreigd
Zeldzaamheid KFK-klasse:
1-17 kwartierhokken
In samenwerking met:
Auteur atlasteksten:
Wouter Van Landuyt
Referenties
  • Van Landuyt W., Hoste I., Vanhecke L., Van den Bremt P. Vercruysse W. & De Beer D. (red.) 2006. Atlas van de Flora van Vlaanderen en het Brussels gewest. Nationale Plantentuin en het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek i.s.m. Flo.Wer vzw.

Cursussen bij Inverde

Boeken