Bouwen aan groenexpertise

Canadese kornoelje

Cornus sericea

Beheer:

De Canadese kornoelje zorgt voorlopig slechts lokaal voor hinder buiten zijn oorspronkelijk verspreidingsgebied en bovendien wordt deze struik niet overal als een problematische invasief beschouwd. Er bestaat bijgevolg nauwelijks gepubliceerde informatie over de bestrijding. De weinige informatie komt uit het gebied van oorsprong, waar de soort ook als invasief kan optreden. De bestrijding beperkt zich hier tot het afzagen en insmeren met glyfosaat. Glyfosaat, en met name de oplosmiddelen in Roundup, zijn zeer nadelig voor (op zijn minst) het aquatisch milieu (met name amfibieën, Relyea 2005[307]). Daarom is chemische bestrijding niet aan te raden, zeker niet nabij water, waar het bovendien is verboden.

Hoogte plant

Minimaal:
150cm
Maximaal
300cm

Licht

Min:
half schaduw
Max:
licht

Bloeiperiode

Vanaf:
juni
Tot:
juli

Bloemkleur

wit

Bestuiving

insektenbestuiving
Areaal:

Van oorsprong is Canadese kornoelje een Noord-Amerikaanse soort. Ze wordt al lang als snelgroeiende, weinig eisende sier- struik gekweekt in Europa, onder meer omwille van haar mooie verkleuring in de herfst. Ze wordt zowel aangeplant in private tuinen als in openbare plantsoenen. De soort vormt bij ons rijpe vruchten, die door bessenetende vogels verspreid worden.

Verspreiding in Vlaanderen:

Een echt verspreidingspatroon kan momenteel niet van de verspreidingskaart afgelezen worden: enerzijds wordt de soort nog vaak over het hoofd gezien, anderzijds is de exacte status van elke individuele standplaats soms moeilijk te achterhalen. Wellicht blijft ze momenteel beperkt tot het stedelijke milieu, hoofdzakelijk in de omgeving van Antwerpen en Gent. In Wallonië werd Canadese kornoelje ook al verwilderd aangetroffen. Vermoedelijk gedraagt ze zich daar zoals in Vlaanderen.

Legende: vierkant 1939-1971, stip 1972-2004:
Verspreidingskaart
Gebruik:
siergewassen
Bladseizoen:
zomergroen
Levensvorm:
phanerofyt
Geslachtsverdeling:
tweeslachtig
Vruchttype:
steenvrucht
Vruchtkleur:
wit
Verbreidingswijze:
dieren (inwendig)
Indigeniteit:
neofyt
Herkomst:
Noord-Amerika
Grime-competitiewaarde:
0.00
Grime-stresswaarde:
0.00
Grime-ruderaliteitswaarde:
0.00

Canadese kornoelje maakt pas sinds kort deel uit van de Vlaamse flora en haar juiste habitatpreferenties zijn nog niet helemaal duidelijk. Het lijkt er sterk op dat de soort het best gedijt in struwelen op vochtige tot natte, eerder voedselrijke bodem. Een groot deel van haar huidige standplaatsen betreft minder waardevolle milieus in het stedelijke gebied: braakliggende terreinen, verlaten spoorwegterreinen enz. Vroeg of laat zal Canadese kornoelje ongetwijfeld ook opduiken op meer natuurlijke standplaatsen. Vooral in moerasbossen zal de soort dan mogelijk invasief gedrag vertonen: door de vorming van stolonen kan ze immers op korte termijn omvangrijke klonen vormen. Ten noorden van Brugge werd ze al gevonden in riet- graslanden.

Habitatrichtlijn 2:
Nee
Habitatrichtlijn 4:
Nee
Beschermd:
Nee
Rode lijst:
criteria niet van toepassing
Zeldzaamheid KFK-klasse:
18-59 kwartierhokken
In samenwerking met:
Auteur atlasteksten:
Filip Verloove

Cursussen bij Inverde

Boeken