Roek

Corvus frugilegus

Leefgebied en trend

In vergelijking met de atlasperiode (2000-2002) telt Vlaanderen ca. 25% minder Roeken in de periode 2013-2018 en houden we het voorlopig op een schatting van 4400-5300 broedparen. Door de toenemende trend om in meer verspreide en kleinere kolonies te gaan broeden is het echter niet eenvoudig om jaarlijks al die kleinere kolonies te tellen en het overzicht te bewaren op het geheel. De kans is reëel dat een aantal nieuwe kolonies gemist zijn. Zo verscheen de soort in de Westkust pas in 2013 waarna ze er toenam tot 215 paren in 2018. In de Denderstreek verscheen de Roek eveneens als nieuwe broedvogel in 2016 en telde men 20-30 paren in 2017. In de Noorderkempen (Kalmthout/Essen) verscheen de soort rond 2010 en neemt er zeer geleidelijk toe (30-55 paren in 2018). Daartegenover staan soms forse afnames in traditionele kerngebieden. Zo nam de Roek fors af in de regio Brecht/Malle in de Antwerpse Kempen van 1120 paren in 2004 tot slechts 584 paren in 2018 (med. M. Berkvens). In Limburg neemt de soort ook af, hoewel minder fors. Men telde er ca. 2800 paren in 2006 waarna een geleidelijke afname resulteerde in ca. 2200 paren in 2018. Een gelijkaardig verhaal speelt zich af in Nederland waar de soort eveneens piekte rond de eeuwwisseling (64.000 paren), waarna een geleidelijke afname volgde alsook de tendens om in meer verspreide, kleinere kolonies te gaan broeden (ca. 50.000 paren in 2013-2015).