Kleine mantelmeeuw

Larus fuscus

De Kleine mantelmeeuw is iets kleiner en slanker dan de Zilvermeeuw. Bij volwassen vogels zijn de bovendelen zwartgrijs, de vleugeltoppen grotendeels zwart en de poten geel. De snavel is geel met een rode vlek op de ondersnavel; de iris is geel. Jonge vogels zijn tijdens hun eerste levensjaar overwegend donkerbruin (donkerder dan jonge Zilvermeeuwen). De staart is grotendeels zwart (bredere en zwartere staartband dan Zilvermeeuw) en de stuit is wit, met een aantal donkerbruine vlekken. De iris en snavel zijn donker; de poten roze. In de daaropvolgende onvolwassen kleden worden de bruine veren geleidelijk vervangen door donkergrijze en witte. Het adulte kleed wordt verkregen na 4 à 5 jaar.