Buidelmees

Remiz pendulinus

Leefgebied en trend

De Buidelmees verkiest structuurrijke overgangen tussen struwelen (vooral Wilg) en Riet langs oevers van zowel stilstaand als stromend water. Aan het eind van de jaren ’80 en het begin van de jaren ’90 van de vorige eeuw vond in Europa een sterke, westwaartse uitbreiding van het areaal plaats. Dit ging ook in Vlaanderen niet onopgemerkt voorbij met een piek van 17 broedparen in 1991, net als in Nederland (225-250 paren in 1992). Sindsdien nam de populatie in Vlaanderen echter steeds verder af met nog een laatste broedpaar in 2011 op het Ketenisse Schor. In 2014 werd in het Vinne in Zoutleeuw ook een mogelijk broedgeval genoteerd. In Nederland bleef het landelijk totaal onder de 100 broedparen sinds 2010. Redenen hiervoor zouden niet van lokale aard zijn (de laatste jaren is er eerder potentieel habitat bijgekomen), maar eerder toe te schrijven aan natuurlijke fluctuaties van deze soort op de rand van zijn Europese areaal.