Bouwen aan groenexpertise

Paleozoïsche sokkel

De onderlaag

Definitie:

Als we de lagen weghalen die door het Kwartair door de ijstijden zijn afgezet, en in het Tertiair door zeeën, komen we op de Paleozoïsche sokkel terecht, bestaande uit harde gesteenten. 

De sokkel bevat voornamelijk harde gesteenten zoals kwartsiet, leisteen, zandsteen en siltsteen. Ze vormen het voetstuk of de sokkel voor alle bovenliggende jongere geologische lagen. Het oppervlak van de sokkel stijgt langzaam naar het zuidzuidwesten. De Paleozoïsche sokkel ligt op 1000 m diepte te Turnhout, op 550 m te Antwerpen, op 300 m te Brugge, op 200 m te Gent.
De sokkel ontsluit (komt aan het oppervlak) in Vlaanderen enkel in heel kleine oppervlaktes in Vlaams-Brabant en de Voerstreek, terwijl ze in Wallonië, vooral ten zuiden van Samber en Maas, aan het oppervlak zichtbaar is.