Doelgroep en doelstelling:
Grondverzet kan de verspreiding van invasieve duizendknoop in de hand werken. Wanneer besmette grond wordt afgevoerd naar een andere locatie, kan daar een nieuwe populatie ontstaan. Daarnaast worden de wortelstokken, die kunnen uitgroeien tot nieuwe planten, vaak meegevoerd door de machines die af en aan rijden.
In de zoektocht naar oplossingen voor het probleem van het verplaatsen van grondhopen die geïnfecteerd zijn met duizendknoop, ontstond een praktijkproef. Men wilde testen of het afgegraven van de bovenste laag, waarin de meeste wortelstokken zitten, de haard zodanig zou verzwakken, dat deze naderhand relatief gemakkelijk onder controle te krijgen zou zijn. Bovendien wenste men een praktische oplossing te testen voor het uitzeven van besmette grond. Uiteindelijk werd aan de praktijkproef nog een afdekexperiment gekoppeld.
Beschrijving:
Een besmette zone, werd eerst gemaaid en daarna ca. 0,5 m afgegraven. De afgegraven grond werd in de onmiddellijke omgeving uitgezeefd met een kasseibak. Tegen de verwachtingen in, stond er op de afgegraven locatie één maand later alweer een weelderige populatie Boheemse duizendknoop. Blijkbaar gaat het om een zeer vitale haard, die moeiteloos terug opschiet uit de achtergebleven wortelstokken. Daarom werd de zone opnieuw open gemaakt en werd een afdekproef opgezet:
in zone 1 werd vijverfolie (0,8 cm) + 75 cm niet besmette grond aangebracht, in zone 2 werd geotextiel + 75 cm niet besmette grond aangebracht en in zone 3 werd enkel 75 cm niet besmette grond aangebracht.