Inleiding hagen, heggen en houtkanten

Ontstaan

Rond 1850 hadden we in Vlaanderen het dichtste netwerk aan hagen en houtkanten. Deze deden niet alleen dienst als afscherming en veekering , maar hadden  ook nog tal van andere functies. De mensen voorzien van brandhout. Ook liet men geregeld hoogstammen groeien in de haag die dan verkocht konden worden als timmerhout.

De ecologische waarde van deze hagen en houtkanten is bijzonder groot. Tal van vogels, insekten, amfibieën en zoogdieren vinden in en rond deze hagen en houtkanten nest- schuilgelegenheid en het nodige voedsel.  Maar ook heel wat bijzondere planten komen voor aan de voet van de heg.  Daarnaast is een netwerk aan hagen en heggen heel belangrijk voor sommige soorten om zich veilig te kunnen verspreiden of om zich te oriënteren zoals vleermuizen. Hoe meer diversiteit we zelf voorzien hoe interessanter. Diversiteit in soortensamenstelling, (  mogelijke inheemse standplaatsgeschikte soorten), in vorm ( afwisselen in breedte , hoogte van de heg, maar ook door op regelmatige afstand hoogstammen of knotbomen te laten uitgroeien.)

Door de komst van steenkool, prikkeldraad en steeds groter machines in de landbouw zijn er heel wat van deze waardevolle kleinschalige landschapselementen verdwenen. Het is nu aan ons om wat aanwezig is goed te beheren en waar mogelijk nieuwe hagen en houtkanten aan te planten die voor een divers, aantrekkelijk en groener landschap kunnen zorgen wat meteen ook de biodiversiteit in de streek ten goed komt.   

Haag of heg ?

In principe zijn een haag en een heg synoniemen. Lijnvormige aanplantingen die bestaan uit struik of boomsoorten die op regelmatig tijdstip  onderhouden worden en die voornamelijk als afscherming dienen.

Regionaal kan er soms wel een verschil gemaakt worden en naar beheer toe is het ook interessant om een verschil te maken tussen de jaarlijks geschoren hagen en de hagen die maar om de paar jaar beheerd worden. Deze laatste krijgen dus de kans om in bloei te komen en eventueel bessen te dragen wat meteen een ecologische meerwaarde biedt. In Nederland spreekt men over de knip- en scheerheg en de struweelheg. In Vlaanderen gebruiken  we eerder de term geschoren  haag en  bloesemheg. Spreekt voor zich dat dit geen vastomlijnde definities zijn en afhankelijk van het toegepast beheer bekom je een geschoren haag of een bloesemhaag.

Haag en heg

Hagen zijn lijnvormige elementen in het landschap of tuin. Ze zorgen voor structuur en delen je tuin op in verschillende kamers. De hoogte en de breedte van een haag bepaal je zelf door te snoeien. Wanneer hagen in bloei en bes kunnen komen hebben ze een extra waarde voor de natuur. Hoe breder de haag hoe meer vogels er ook in willen broeden.

Houtkant

Dichte houtgewassen die breder zijn dan één bomenrij worden houtkanten genoemd. Ze bestaan vaak uit bomen die als hakhout beheerd worden, eventueel gecombineerd met enkele opgaande bomen. Wanneer houtkanten zijn aangeplant op een door de mens opgeworpen aarden wal, spreken we van een houtwal.