Beheer:
Bosbies is een vrij forse ruige plantensoort die het vooral goed doet onder maaibeheer. Net zoals vele andere planten van de vochtige ruigte maai je Bosbies best eind september of in oktober. Dit kan elk jaar maar mag ook om de 2 of 3 jaar. Best maai je elk jaar een deel van de ruigte en laat je een deel staan, rotatiebeheer genoemd. Dit is belangrijk voor vele insectensoorten. Later dan oktober maaien kan ook maar vaak is het dan al te nat. Vermits Bosbies op vochtige tot natte bodems groeit moet je opletten voor bodemverdichting. Maak dus geen gebruik van zware machines
Ook in Dotterbloemgraslanden komt Bosbies soms voor. Deze graslanden maai je in juli. Later maaien is voor Bosbies beter maar in vrij productieve Dotterbloemgraslanden kan je best 2 keer maaien en is een eerste maaibeurt in juli nodig. Zo voorkom je dat deze graslanden verruigen en dat minder forse planten als Bosorchis en Echte koekoeksbloem meer kansen krijgen.
Ook onder extensieve begrazing kan Bosbies standhouden. Maar wil je dat naast Bosbies soorten als Moerasspirea, Echte Valeriaan en Koninginnenkruid mooi in bloei komen, dan is maaibeheer een betere optie.
Habitat:
Bosbies is een typische kwelindicator. De aanwezigheid van kwel is meestal belangrijker dan de bodemtextuur. Enkel op zeeklei komt de soort nauwelijks voor; mogelijk verdraagt ze geen brakke kwel. De kwaliteit van het kwelwater is vermoedelijk minder belangrijk voor deze soort dan voor nogal wat andere kwelindicatoren. Bosbies staat bijvoorbeeld aan de voet van kanaaldijken waar voedselrijk en tamelijk sterk vervuild water door de dijk sijpelt. Ooit schijnt bosbies vooral een hooilandplant geweest te zijn in dotterbloemgraslanden, maar momenteel wordt de soort vooral in verruigende natte graslanden of in echte ruigten aangetroffen.