Duindoorn

Hippophae rhamnoides

Habitat: 

Duindoorn is de belangrijkste struweelvormende soort van de kustduinen. Ze groeit op voedselarme, vochtige tot droge zandbodem. Duindoorn speelt doorgaans een pioniersrol in de struweelvorming. Wortelknolletjes met bacteriën die stikstof uit de lucht kunnen vastleggen, helpen om in uitgesproken voedselarme milieus te overleven en zelfs kale zandbodems te koloniseren. Bij een voldoende aanbod van duindoornzaden leidt de primaire vegetatie-ontwikkeling in vochtige duinvalleien vrij snel naar een door duindoorn gedomineerde vegetatie. In droge milieus verloopt de vestiging en verdere ontwikkeling merkelijk trager. Een lichte humusaanrijking en een verhoogd nutriëntenaanbod maken de bodems van duinvalleien ook geschikt voor andere struiken, zoals gewone vlier, egelantier of wilde liguster. Duindoorn kan hierdoor uiteindelijk in de verdrukking geraken, waarbij de vegetatie evolueert naar een ander struweeltype of een ruigte. In het binnenland wordt duindoorn vooral gevonden op, met kalkrijk zand, opgespoten terreinen waar ze vaak verwilderd is vanuit aanplantingen.