Natuurstreefbeeld: Droge heischrale graslanden (6230_hn)

Heischrale graslanden komen voor op (zwak) zure, lemige zandbodems. De vegetatie bestaat uit niet dominante grassen, schijngrassen, kruiden, en dwergstruiken. Kenmerkende soorten zijn o.a. Tandjesgras (niet dominant gras), Pilzegge (schijngras), Liggend walstro (kruid) en Struikhei (dwergstruik). Geen enkele soort komt dominant voor. Bramen, struweel en boomsoorten zijn zo goed als afwezig. Het zijn graslanden die vaak ontstaan uit heide. Droge heischrale graslanden (6230_hn) herken je aan een combinatie van soorten kenmerkend voor heischrale graslanden zoals Tormentil en Liggend walstro en soorten van droge arme gronden zoals Muizeoor, Zandblauwtje en Schapenzuring. Het beheer bestaat uit jaarlijks 1 keer maaien of begrazing.
Droge heischrale graslanden zijn een subtype van het Europees beschermd habitat Heischrale graslanden en soortenrijke graslanden van zure bodems (6230)