Nee, we zitten niet in de woestijn en nee, dat is Lawrence of Arabia niet. Dat is Eddy en vandaag zijn we in Hechtel-Eksel. [we tonen in de kaart] Hier. En dit zijn de plekken waar de boomleeuwerik het meest voorkomt [dat tonen we ook in de kaart].Normaal gezien zou ik je nu alles vertellen over deze bijzonder vogel, [cut-out van boomleeuwerik in beeld die opgewonden van links naar rechts beweegt. Rond hem tekstballonnen “ga je vertellen over hoe groot ik ben? En wat ik eet? Niet vergeten iets over mijn veren te zeggen!"] en ik zie dat hij staat te popelen om voorgesteld te worden, maar deze keer gaan we het anders doen. [boomleeuwerik verlaat het beeld] Ik wil je eerst alles vertellen over deze plaats [kopje van boomleeuwerik verschijnt langs de kant met spraakballon "oké, ik zal dan wel wachten zeker?”]Landduinen. Een bewegende biotoop die door de wind wordt gestuurd. De reset-knop van de natuur. Overal waar de duin voorbijkomt krijg je een schone lei waar nieuwe dieren en planten zich gaan vestigen en ontwikkelen. Daarom zijn veel soorten hier zo uniek [we tonen er een aantal].Een bijzondere plaats in Vlaanderen maar een typisch zicht in Limburg. Als we teruggaan in de tijd, is het zicht niet veel anders. [kaart van in den brand van de 18de eeuw] In de 18de eeuw waren er hier zoveel landduinen dat de mensen houtkanten moesten bouwen/oprichten om hun akkers te beschermen tegen het oprukkende zand.Meer dan honderd jaar later zitten we in de tijd na de eerste wereldoorlog. Toen kenden de steenkoolmijnen hun bloeiperiode en plots was er een grote vraag naar hout. [we tonen hier archiefmateriaal] Daardoor werden heel wat gebieden -waaronder dit gebied- volledig bebost. Corsicaanse den, grove den, zomereik en hier en daar Amerikaanse eik zijn tot de dag van vandaag aanwezig. [we tonen deze met beelden van in den brand nu]Het Limburgse landschap veranderde radicaal en de biodiversiteit voelde dit ook. De Boomleeuwerik kan ons hierover meer vertellen.De boomleeuwerik is éen van de kleinste leeuweriken. Hij is herkenbaar aan het contrastrijke patroon van zijn veren, en aan de opvallende witte wenkbrauwstrepen die op het achterhoofd samenkomen in een V. Dit vogeltje heeft ook bijzondere stembanden [we tonen in beeld “bij vogels is dat de Syrinx"]. Zijn legendarische zang is herkenbaar aan zijn dalende toon, zoals een racewagen die langsrijdt, maar dan schattiger. [we horen de zang en tonen “lullulullulullu” in sync met de zang. Dat wordt dan “lullula arborea, boomleeuwerik”]En hoewel hij het woord “boom" in zijn naam heeft, houdt dit vogeltje vooral hiervan[we tonen een open zandig landschap]. Halfopen zanderig landschap, met een combinatie van los zand, lage vegetatie met mos, heide, en een boom of boomgroep hier en daar. “Zandleeuwerik” was
misschien een betere naam geweest, maar die was helaas al ingenomen door zijn Aziatische neef [we tonen de Indische zandleeuwerik]. De boomleeuwerik eet vooral insecten [we tonen sprinkhanen en kevers] en in de winter gaat hij op zoek naar zaden. Op begroeide zandstroken, heidevelden en zandverstuivingen vindt hij zijn favoriete gerechten.Moest de boomleeuwerik zijn droomhuis kunnen tekenen, dan zou het er waarschijnlijk zo uitzien. [we maken een tekening van halfomen zanderig landschap] Dus toen dit gebied volledig bos werd, moest de boomleeuwerik een andere plekje vinden [ "om zandkastelen te maken" -> ik wou nog dit toevoegen op het einde van de zin, maar weet niet of ik te ver met mijn mopjes aan het gaan ben]. Ook andere soorten moesten op zoek naar een nieuw leefgebied, maar door de bebossing van bijna heel de streek, was hun missie vaak niet heel succesvol [status tonen van diersoorten van de streek in Vlaamse rode lijst]. Dit betekent niet dat het stil is in het bos. Sommige dieren hebben hiervan kunnen profiteren, maar niet allemaal. Niet elke boom is namelijk even geschikt voor de soorten die in dit gebied leven. Bijvoorbeeld: de Corsicaanse den is heel populair bij insecten en andere diertjes in Corsica, maar onze Limburgse beestjes vinden hem maar niks. Hetzelfde geldt voor de Amerikaanse eik. Hier dragen de grove den en de zomereik veel meer bij aan de biodiversiteit [welke dieren zouden hiervan het meest profiteren?].En dat brengt ons naar vandaag. Het landschap is nu meer dan enkel bos, en daardoor vindt de boomleeuwerik het geweldig om terug in Limburg te zijn. Door de oorspronkelijke biotoop terug te brengen, maken we weer plaats voor verschillende soorten die bedreigd zijn en uniek aan deze locatie [we tonen de nachtzwaluw, de heivlinder, de duinpieper, de zandloopkever, nog?].We moeten niet terug in de tijd, nee. We blijven hier. Want hier, in het zand, tussen de bomen kan de natuur opnieuw beginnen.